de Luchte
Handelaren op weg langs Hessenwegen tussen Hessen en Holland hadden hun vaste herbergen waar de paarden werden uitgespannen en de voerman kon rusten. Tussen Barchem en Almen was herberg de Luchte zo’n vast punt.
Logement
Koetsiers en andere reizigers konden in het donker het ‘leuchte’ van de lantaarn al van verre zien. Zo was de Luchte een baken in donkere nachten en werd het het eerste logement van Lochem. Al in de 17e eeuw woonde er een Sweer Op het Have, die vanwege zijn woonstee Sweer Lochterman werd genoemd. Ook zijn zoon Gerrit Lochterman was pachter op de Luchte.
Al op een plattegrond van Isaac van Geelkercken uit 1660 is de Luchte aan de zandweg te vinden.
Zijn opvolger Egbert Ebbekinck alias Luchterman was tevens pachter en tolgaarder van de Tol bij de Luchte. In de herberg probeerde hij in 1684 een ruzie te bekoelen, maar hij kreeg daarbij zelf de hardste klappen, aldus het Oud Rechterlijk Archief van Lochem. Uit latere jaren zijn de namen van maar enkele pachters bekend, zoals Albert Bats in 1832 en Gerrit Jan Tuitert in 1862.
Bij het logement hoorde een flink areaal aan bos en landbouwgrond. Waarschijnlijk was de ene pachter vooral boer en een volgende vooral kastelein.
Grond en opstallen waren intussen in bezit van gegoede Lochemse burgers als de regentenfamilie Schomaker (18e eeuw), dokter Rive (begin 19e eeuw) en Cornelis Sickesz van de Cloese (eind 19e eeuw) aan wie dus de pacht – in de orde van enkele honderden guldens per jaar – werd betaald.
Eigenaar Cornelis Sickesz liet in 1898 de Luchte ingrijpend verbouwen. Het logement werd verheven tot hotel onder de bezielende leiding van pachter-uitbater Hendrikus Slagman.
Hendrikus en zijn vrouw Willemina Velderman legden hun ziel en zaligheid in het runnen van de bedoening, die van boerenherberg uitgroeide tot hotel met ‘electrische schellen, een bierleiding, tuinvermakelijkheden en al het plantsoen’. Achter het hotel werd een tennisbaan aangelegd en een grote vijver maakte de idylle van het hotelpark compleet.
Veiling
Na het overlijden van de weduwe Sickesz-van Harlingen kwamen haar uitgebreide Lochemse bezittingen onder de hamer. In het Verkooplokaal aan de Kastanjelaan hadden notarissen Huender uit Deventer en Van Wijngaarden uit Rotterdam met hun klerken de handen vol om de veiling in goede banen te leiden.
Perceel 147 betrof het hotel en alle bijbehorende gronden. De Slagmans moesten er niet aan denken dat alles verkocht zou worden aan een vreemde die hun niet de ruimte zou geven zoals de Sickeszen dat hadden gedaan. Dit was juist hun kans om helemaal baas in eigen hotel te worden.
Hoe hij dat bedrag kon financieren is niet bekend, maar voor de prijs van Fl 13.000,- werd Slagman eigenaar van het hotel.
Familiehotel
De Slagmans hadden het tij mee. Lochem was meer en meer in trek als toeristische bestemming. Niet voor niets was al in 1885 het Verfraaiingsgezelschap opgericht als voorloper van de VVV. Alle hotels van Lochem deden mee in het promoten van het verblijf in het stadje met zijn prachtige omgeving.
De voorzieningen van de Luchte werden uitgebreid; de garage voor acht auto’s werd per advertentie aangeprezen. Op het terrein achter het hotel was plaats voor een concours hippique.
Hotel de Luchte werd een van de gerenommeerde familie-hotels van Lochem.
Hendrikus Slagman voor zijn veranda
Tweede generatie Slagman
In 1922 lieten Hendrikus en Willemina hun zoon Albert inschrijven aan de prestigieuze hotelschool van Lausanne in Zwitserland. Hij was voorbestemd om het hotel over te nemen en deed in de eerste jaren na zijn opleiding ervaring op in enkele Amsterdamse hotels. In 1928 kwam hij definitief terug naar Lochem, trouwde in 1932 met zijn Zwitserse verloofde Marie Rosa Pahud en was klaar voor het grote werk. Albert en Marie Rosa namen het roer over, maar Hendrikus en Willemina bleven nog nauw bij het reilen en zeilen van de Luchte betrokken.
Tijdens de bezetting werden Duitse officieren in het hotel ingekwartierd en na de bevrijding zaten er Canadezen.
Albert en Marie Rosa pakten de draad weer op. Maar in september 1945 sloeg het noodlot toe. Op de terugweg van een vergadering in Velp kwam Albert om het leven nadat zijn auto een lekke band kreeg. Nabij restaurant de Luchte in Spankeren nota bene!
Parkhotel
Marie Rosa Slagman-Pahud stond er nu alleen voor. Haar zoon Alain was nog maar twaalf jaar. Ook hij zou naar de hotelschool in Lausanne gaan, maar zover was het nog lang niet. Mevrouw Slagman bestierde het hotel met vaste hand, Zwitserse gastvrijheid en Hollandse degelijkheid. Ze was een echte dame, kon goed opschieten met de veelal deftige gasten en was ook nog eens een goede kok.
Onder haar leiding steeg het hotel in de rangorde, wat werd benadrukt door het te afficheren als ‘Parkhotel de Luchte’. ‘s Winters waren er vaste gasten en ‘s zomers kwamen hele families vaak elk jaar terug.
Derde generatie Slagman
Nadat Alain hotelschool had afgerond trouwde hij in 1956 met de Groningse Immy Weitering. Zij waren klaar om ook een rol in het hotel te gaan spelen en op den duur de teugels over te nemen. Moeder Marie Rosa bleef voorlopig de scepter zwaaien, geholpen door vooral Immy en kok Ab Hummel. Alain Slagman bleek niet erg geschikt voor het hotelwezen.
Met dat hotelwezen ging het in die tijd minder goed. Een deel van de gasten ging over op kamperen en een ander deel vloog liever naar het buitenland. In Lochem moesten verschillende hotels de deuren sluiten. In de Luchte probeerde men met veranderingen bij de tijd te blijven. Op de plaats van de vroegere tennisbanen was inmiddels een buitenmanege. Daar oefenden de ruiters van de “Landelijke Rijvereniging de Luchte”. En de gesloten veranda werd, tegen de zin van Marie Rosa, veranderd in café met stamtafel en piano. Het ‘Parkhotel’ werd “café-restaurant”.
Met dat al kwamen er weliswaar meer ‘gewone’ Lochemers in het café, maar als hotel waren de dagen van de Luchte geteld. Rond 1970 was die conclusie niet meer te ontkomen; het hotel moest worden verkocht.
Marie Rosa Pahud maakte deze neergang nog mee. Zij verhuisde naar Zutphen en later naar Zwitserland. Alain Slagman overleed niet lang daarna op 43 jarige leeftijd.
Circustent
Even nog leek het alsof het met het hotel nog goed zou komen. De familie Janssen-Salomons liet het pand verbouwen en heropende het hotel. Kok Ab Hummel kon ook in het nieuwe hotel terecht. Met de kerstdagen van 1970 waren ze al volgeboekt. De nieuwe eigenaren hadden meer ijzers in het vuur: behalve een aantal snackbars in het Ruhrgebied en een koeltechnisch bedrijf hadden ze ook nog een circus, waarmee ze door het land trokken. Een circustent achter het hotel en kooien voor wilde dieren waren daar het bewijs van. Losgebroken apen en beren zorgden voor grote opschudding in de stad. Er werd zelfs gefluisterd dat wilde dieren in de hotelkamers verbleven. Als dat waar was waren zij de laatste gasten van het hotel. In 1973 ging de Luchte alsnog failliet.
Rentmeestershuis
In korte tijd kreeg de Luchte achter elkaar verschillende eigenaren met verschillende plannen. Maar geen van die plannen bleek uitvoerbaar. En het meest simpele plan bleek: kantoor. En zo werd de Luchte min of meer een gesloten boek. ‘Het Rentmeestershuis, bureau voor particulier landgoedbeheer’ was voor de meeste Lochemers immers ver van het bed. Wel stond de naam nog tot 1983 zo duidelijk op de gevel dat die niemand kon ontgaan. De aanduiding ‘de Luchte’ raakte zelfs in onbruik.
Weefcentrum Dozijntje Ambacht
De Haagse Hetty Decroz kende Lochem al wel, want ze had er een tante wonen. Ook de Luchte kende ze, al wilde die tante haar na een wandeling daar geen glaasje ranja laten nuttigen, want dat was te chique; dat werd dus ranja bij Bousema, even verderop.
Maar nu, in 1981, was de Luchte te koop. Het zou een ideale plek zijn voor haar droom van een weefcentrum met winkel, cursusruimten en magazijnen voor alles wat met weven te maken heeft. Dat centrum kwam er, al moesten Hetty en haar man Jan Treur er lang op wachten voordat ze werkelijk eigenaar werden en hard voor werken voordat ze alles naar wens hadden aangepast en ingericht. Na jaren was het zover. Maar al snel daarna was het voorbij, doordat in 1990 een grote brand uitbrak. Hetty, Jan en hun kinderen moesten vluchten via het balkon en Jan moest zich aan lakens naar beneden laten zakken. Hun droom ging in vlammen op.
Holland Pharma
Broer en zus Erald en Gerda Berendsen hadden noodgedwongen de leiding op zich genomen van Holland Pharma, de handel in homeopathische geneesmiddelen die hun vader in Lochem was begonnen. Vader was overleden en de broer die eigenlijk de leiding had overgenomen was omgekomen bij een auto-ongeluk. En dat alles in de aanloop naar een verhuizing van het bedrijf vanaf de Nieuwstad naar een plek waar het groeiende bedrijf meer ruimte zou krijgen. Met brandschade en al bood in 1991 het pand van de Luchte daarbij uitkomst. Samen met hun moeder gingen broer en zus de kar trekken. Voorlopig gingen ze boven de zaak wonen.
De brandschade maakte allerlei verbouwingen nodig, maar ook los daarvan werd veel gerenoveerd, aangebouwd, afgebroken….
In 1998 trok de familie zich uit de firma terug, maar bleef Gerda nog boven het voortgezette Holland Pharma wonen. In 2000 verhuisde de zaak naar Borculo en was het weer tijd voor een nieuwe fase voor de Luchte.
Zorgresidentie Villa de Luchte
Het duurde geruime tijd voordat een nieuwe eigenaar en bestemming waren gevonden en nog meer voordat het gebouw voor die nieuwe bestemming was verbouwd en ingericht. In 2008 kon de Stentor al aankondigen dat Gerda Procée en Casper Jansen er een tehuis met dertien luxe zorgappartementen voor ouderen met beginnende dementie zouden openen. Begin 2011 werd ‘Zorgresidentie Villa De Luchte’ geopend. Bij de ingrijpende verbouwing was aan de kant van de Hessenweg een rechthoekig bijgebouw met acht appartementen toegevoegd.
Gerda en Casper hadden beiden ervaring in de zorg en droomden er al langer van om een eigen zorginstelling met persoonlijke levenssfeer te beheren. Nadat initiatieven in Limburg en Zeeland niet verder dan plannen waren gekomen werd die droom in Lochem werkelijkheid.
Maar helaas niet voor lang. Want al spoedig waren er signalen dat de zorg in de praktijk te wensen overliet en moest een inspectierapport concluderen dat die zorg ‘ondermaats’ was. Dat konden de initiatiefnemers niet meer zelf oplossen en zij besloten in 2014 de zorgresidentie over te dragen aan een grotere organisatie.
Martha Flora
Vijf jaar lang zette Martha Flora in de Luchte de dementiezorg voort die er in 2011 was begonnen. Maar nu als onderdeel van een organisatie met in het land meer dan tien soortgelijke instellingen. In hun zorgconcept was het bij elkaar brengen van dementerenden in een gemeenschappelijke leefomgeving erg belangrijk en de mogelijkheden daarvoor waren in de Luchte beperkt en moeilijk te veranderen. Dat leidde ertoe dat in 2019 alle bewoners werden overgeplaatst naar de vestiging in Twello. De gebouwen kwamen weer op de markt.
Appartementen
Sinds 2022 is de Luchte eigendom van een projectontwikkelaar die er 17 appartementen verhuurt. De verbouwing viel ditmaal mee en het uiterlijk is weinig veranderd. Appartementen worden aangeboden met teksten als ‘Licht tweekamerappartement op de tweede verdieping van een recent gemoderniseerd historisch complex. Op deze fraaie locatie op loopafstand van het centrum van Lochem is een mooi appartement beschikbaar! Het appartement bevindt zich op het terrein van de ‘”Villa de Luchte’’, voormalig particulier verpleeghuis, op een prachtige locatie nabij voorzieningen en op loopafstand van het bos. ‘
En dan nog even dit:
>> Het vermaarde Lochemse Popfestival dat jaarlijks met Hemelvaart in het Openluchttheater werd gehouden is begin jaren tachtig een paar keer uitgeweken naar de grote wei achter de Luchte. De artiesten hadden hun kleedkamer in het hotel.
>> Op Koninginnedag 1983 landde een heel stel helikopters op diezelfde weide. Daaruit kwamen koningin Beatrix met haar zoons en gevolg om in Lochem de ochtend door te brengen. Als voorgerecht van de viering van 750 jaar stadsrecht in de zomer van dat jaar.
Voor de toen startende ‘Zorgresidentie Villa de Luchte’ schreven André Reincke en Cees Derlagen in 2011 een brochure getiteld “De Luchte, van uitspanning tot zorgresidentie, een geschiedenis van een Lochems hotel’. Wout Klein bewerkte het materiaal uit die brochure tot een compacter verhaal voor deze website en voegde er latere ontwikkelingen aan toe.